Verhalen

Haar beschermengel kunnen zijn

Misschien had iedereen haar beschermengel kunnen zijn. Maar het toeval wilde dat ik het mocht en kon zijn. De lieve dame komt simpelweg gewoon tot rust als ze in mij de rust en empathie ziet. Hoe verdrietig of opgefokt ze ook is, mijn blik en/of aanwezigheid schijnt genoeg te zijn.

Ze kwam een tijd terug terecht op onze revalidatieafdeling door een onbenullig valletje in haar eigen keuken. Blauwe plekken overal en een vervelende operatie aan een arm. Even bijkomen voor deze drukke en alleenstaande dame en dan weer snel naar huis. Dat was de boodschap die ze zelf had opgeëist in het ziekenhuis. Onze revalidatie afdeling was al tegen het zere been van mevrouw want ze kon best zelf alles weer thuis in haar eigen huis doen.

Eenmaal op onze afdeling viel het allemaal best tegen. Van de tegenslag werd ze wat opstandig en soms ook wel wat verward. Een onverwachte urineweginfectie, een delier en nog een aantal ongemakken volgde elkaar snel op. Als team staan we voor haar klaar, bieden een luisterend oor aan en helpen haar door haar emotie heen.

Net als ze opkrabbelt, komt Corona op de afdeling en waait rond als een wervelwind. Een enorme impact voor cliënten en personeel. Maar… ze blijft overeind en in elke dient klampt ze mij of een collega aan voor een gesprek. Ze komt tot rust, voelt zich veilig en kan haar verhaal kwijt. Iedereen in ons team stond daar ook voor open. Dat luisterend oor en die brede schouder voor de cliënt is immers belangrijk. Zorg verlenen doe je met je hart.

Na Corona komt die andere harde klap: onze afdeling gaat sluiten. Personeel wordt herplaatst en cliënten gaan naar huis of worden overgeplaatst. Ze kon hier niet direct mee omgaan. Een nieuwe onzekere fase brak aan voor haar. Enkele weken later werd ze intern overgeplaatst in afwachting van een andere definitief verzorging- of verpleeghuis. Inmiddels was duidelijk dat terug gaan naar haar eigen woning niet meer tot de mogelijkheden ging behoren. Vooral dat laatste was een flinke klap voor haar die ze het liefst bleef ontkennen.

Lees ook:  Haar laatste zucht

Niet veel later was onze afdeling gesloten en werkte ik, en mijn andere collega’s, de maand januari op alle andere beschikbare afdelingen in het pand. Ik werk altijd met mijn hart en altijd op een opgewekte manier. Hierdoor kom ik bijna altijd fluitend op mijn werk aan, groet ik iedereen bij binnenkomt en loop ik vaak fluitend op de gang van deur naar deur. Een cliënt heeft er immers niets aan om geholpen te worden door iemand die zijn dag niet heeft, onverschillig is of geen interesse toont. Lachen op je werk en opgewekt zorg verlenen is het credo van deze oude man!

Ik had mijn jas nog aan en zocht een plek om mijn tas neer te zetten. Nog voordat ik mijn zorgjasje had gepakt en mezelf had voorgesteld, kwam er een nog onbekende collega op me af met de vraag of ik de beschermengel was. Ik keek haar wat vreemd aan en vroeg waarom ik een beschermengel zou moeten zijn voor haar. Ze lachte flauwtjes en gaf aan dat het niet voor haarzelf was maar voor de nieuwe cliënt die zegt dat ze haar beschermengel hoort fluiten.

Ik had de link nog niet direct gelegd maar ze kwam al aangelopen vanuit de huiskamer. Overrompeld door emotie wilde ze mij al het onrecht dat haar was aangedaan binnen enkele minuten vertellen. Het was in haar ogen allemaal niet eerlijk, niet goed en vooral onacceptabel dat ze hier ook nog maar één nacht zou blijven slapen. Ze wilde mij opslokken in haar verhaal nog voordat ik een minuut gewerkt had. Ik stelde haar gerust met de mededeling dat ik tot 23.00 uur in een straal van een paar meter van haar verwijderd was. Het gaf haar weer even de rust die ik bij haar herkende.

Lees ook:  En toen was daar haar schoonheid weer

Na de overdracht heb ik haar verhaal, de voor haar korte versie, aangehoord. Ook voelde ik mij verplicht aan te geven dat ik voor het eerst op deze afdeling werkte dus collega’s niet kenden en ook de overige cliënten niet kende. Ik moest mijn tijd dus enorm goed verdelen en hierdoor kon ik niet lange tijd met haar praten. Ze keek mij begripvol aan en legde een hand op mijn schouder: ‘lieve schat, je bent mijn beschermengel en dat voel ik al een lange tijd. Als jij in de buurt bent komt het allemaal wel goed.’ Pfff, wat een vertrouwen! Ik werd er verlegen van!

Ze zat er niet op haar plek en de situatie was niet ideaal. Hoe graag we dat ook willen, het kan simpelweg niet altijd. Ze viel even net tussen de wal en het schip. Vervelende dagen voor haar maar er werd hard gezocht naar een oplossing. Ze veerde op uit haar stoel als ze mijn fluitje hoorde voor een avonddienst en liep dan op mij af. Tijdens een ochtenddienst liep ze opeens in pyjama op mij af in tranen. Negen van de tien keer overmand door emotie. De emotie was steeds vaker te herleiden naar afnemende cognitie. Eerdere toekomstplannen moesten hierdoor worden aangepast zonder dat mevrouw hierin ook maar een duimbreed toegaf. Een lastige, maar een vaak voorkomende, casus. De keren dat ik op die afdeling werkte was ik haar beschermengel, haar vastigheid en haar rustpunt.

Een paar weken later begon ik, alweer fluitend, op een andere afdeling in het pand. Ik werkte samen met die mooie zus van keeper Leon uit mijn elftal, alleen dan ruim 40 jaar later 🙂 Wat een kleine wereld! Ik hoorde een bekende stem met stemverheffing praten om haar gelijk te willen halen. Het was onbehoorlijk, niet eerlijk en onterecht. Ik kon het gesprek niet goed volgen maar mijn bekende fluitje deed het gesprek snel eindigen. Ze verscheen direct in de deuropening en zag een zucht van verlichting. ‘Daar is mijn beschermengel weer! Leg jij het ze allemaal maar uit hoor wat mij is overkomen en is aangedaan! Nu slaap ik hier weer en probeert iemand al mijn kleding te stelen.’

Lees ook:  Al blij met een crisisplaats

Ik kende deze PG-afdeling nog niet maar hoefde niet lang na te denken om de situatie in te kunnen schatten. Ik had met haar te doen en ik zou zo graag haar beschermengel willen zijn. Haar willen beschermen tegen al het kwaad, al het onrecht en ……. die klote diagnose van dementie. Ze pakt mij vast en ben geneigd een traantje mee te huilen. Een luisterend oor, persoonlijke aandacht en geborgenheid. Meer kon ik die dienst niet doen. Oh ja, toch wel: ‘dinsdag en woensdag ben ik hier de hele dag‘. Ze keek mij aan alsof ze ging aftellen tot sinterklaasavond.

Dinsdag en woensdag was er niks aan de hand. Ik deed fluitend mijn werk, ze las een boekje. Hield mij goed in de gaten, vroeg aan mij wat ze moest eten, vroeg aan mij of ze de juiste medicatie van de zuster kreeg, vroeg aan mij of die mevrouw wel lief was, vroeg aan mijn of haar dochter nog kwam en vroeg aan mij of ze de code van de deur mocht hebben…..

Haar beschermengel kunnen zijn was op dat moment het meest haalbare. De code hou ik voor mijzelf maar stiekem gun ik het haar wel.

Een collega zei mij ooit: ‘als ik het geld had, kocht ik een enorm groot huis en nam ze allemaal mee naar huis.’ Ik begrijp haar opmerking nu beter dan ooit.

Deel dit bericht eens via: